EBIDAT - Die Burgendatenbank

Eine Initiative der Deutschen Burgenvereinigung Menu

Sandenburg

Geschichte:

Sandenburg was een leen van de Domproosdij. Het kasteel stamt waarschijnlijk uit het laatste kwart van de 13de eeuw. Er is namelijk een vermelding uit 1303 van ene Daem van Sandenburg, die optrad als getuige van de bisschop van Utrecht. Zeven jaar later is er sprake van Adam van Zijl van Sandenburg. Het gaat hier vermoedelijk om dezelfde persoon. De toevoeging Van Sandenburg maakt het aannemelijk dat deze Adam de stichter van Sandenburg is geweest. Mogelijk was het kasteel echter al eerder gebouwd, door Adams vader Pontiaan van Zijl, die in 1279 beschreven werd als grondbezitter in Langbroek. Daarmee kan de stichting van kasteel Sandenburg in het laatste kwart van de 13de eeuw gedateerd worden. In 1399 transporteerde Jan van Zijl, vermoedelijk de zoon van Adam, Sandenburg aan Gerrit van Eck. Hij droeg het al in 1402 over aan Steven de Ridder, wiens familie het goed bijna een eeuw in bezit had. In 1491 trouwde Antonia de Riddere met Floris van Pallaes, en in 1510 werd haar zoon Adriaan met Sandenburg beleend. Tot 1583 zou het in handen blijven van de familie Van Pallaes, waarna het door overerving in handen kwam van Willem Borre van Amerongen. Zijn nakomelingen bezaten Sandenburg tot 1766. Toen droegen de dochters van Eleonora Sophia Borre van Amerongen Sandenburg over aan Johan Mathias Singendonk. Na zijn dood werd het goed in 1786 verkocht aan Barend Hendrik van Reede van Oudshoorn, die het op zijn beurt weer doorverkocht aan Gijsbert Carel Cornelis Jan van Lynden. De familie Van Lynden is tot op de dag van vandaag de eigenaar van Sandenburg.

Bauentwicklung:

Waarschijnlijk was kasteel Sandenburg oorspronkelijk een woontoren, een vierkante toren op een omgracht terrein. Deze woontoren werd in de loop der tijd uitgebouwd naar een gebouw met meerdere woonvleugels en een traptoren die boven de rest uitstak. Dit is te zien op een tekening uit ca. 1665. Er was toen ook een ommuurde en omgrachte voorburcht, door een brug verbonden met de hoofdburcht. Aan het eind van de 18e eeuw is Sandenburg gesloopt, en waarschijnlijk is er toen een geheel nieuw torenachtig landhuis opgetrokken, waar mogelijk oudere gedeelten in werden verwerkt. Dit landhuis werd op zijn beurt tussen 1860 en 1864 in opdracht van Constantijn Theodoor van Lynden naar een ontwerp van de Utrechtse architect S.A. van Lunteren verbouwd. Op de hoeken van de gevels kwamen achthoekige torentjes, en aan de voorkant werd een vleugel van twee bouwlagen toegevoegd. Het geheel werd wit gepleisterd. Door de verbouwing kreeg het kasteel een uiterlijk naar de neo-Tudorstijl, ook wel Willem II-neogotiek genoemd, aangezien Willem II deze stijl in Nederland geïntroduceerd had. Aan het kasteel werden een portierswoning, een oranjerie en een koetshuis toegevoegd, en de tuin werd veranderd naar (een rijpere vorm van) landschapsstijl. De gracht werd grotendeels gedempt. Sinds deze verbouwing is het huis niet ingrijpend meer veranderd. Er is wel onlangs een restauratie uitgevoerd om het huis in stand te houden.

Baubeschreibung:

Waarschijnlijk was kasteel Sandenburg oorspronkelijk een woontoren. Over de precieze afmetingen van het kasteel is niets bekend, aangezien er (nog) geen opgravingen zijn gedaan. Vermoedelijk leek Sandenburg op de andere woontorens aan de Langbroekerwetering, en deze waren gemiddeld ca. 10 x 10 m groot. De woontoren werd in de loop der tijd uitgebouwd naar een gebouw met meerdere woonvleugels en een traptoren die boven de rest uitstak. Dit is te zien op een tekening uit ca. 1665. Er was toen ook een ommuurde en omgrachte voorburcht, door een brug verbonden met de hoofdburcht.
Sandenburg is nu een witgepleisterd buitenhuis in neo-gotische stijl, dat in zijn huidige vorm dateert uit ongeveer 1860.