EBIDAT - Die Burgendatenbank

Eine Initiative der Deutschen Burgenvereinigung Menu

Weerdesteyn

Geschichte:

Het is niet bekend wie kasteel Weerdesteyn heeft laten bouwen. De eerste keer dat ‘Weerdensteyn’ genoemd werd is rond 1320, als naam van Adam en Willem: Philipszoon Van Weerdensteyn. Het is niet onmogelijk dat hun vader Philip degene is geweest die het huis had gebouwd. De volgende keer dat het huis genoemd werd is in 1351. Bisschop Jan van Arkel had toen Weerdensteyn ‘gecreghen’. Wie toen precies de eigenaar was van het huis is niet duidelijk, want in 1358 verkocht Philips van Weerdestein het huis aan Johan van de Weteringh. Deze familie Van de Weteringh bezat het huis tot 1425. In 1394 bleek dat zij Weerdesteyn in leen hebben van het Sticht. Na de dood van Johan van de Weteringh werd het huis in 1425 verkocht aan Willem van Boekhout. Diens zoon droeg Weerdesteyn over aan zijn nicht Aleid van Zuylen. Zij liet het na aan haar oudste zoon, maar deze overleed zonder kinderen te hebben, waarna het in handen kwam van haar tweede zoon, Cornelis van IJsselstein. Deze verkocht in 1516 het huis aan Roelof Gauwert, een Utrechtse patriciër. De familie Gauwert bezat Weerdesteyn tot 1676. Op dat moment was er niemand van de familie meer die het goed kon erven. Vandaar dat Weerdesteyn overging op Justus van Egmond van der Nijenburg. Na de dood van diens zoon in 1730 werd Weerdensteyn opnieuw verkocht, deze keer aan Eduard Joseph Ram van Schalkwijk. Zijn kleindochter, die de eigenaresse van Weerdesteyn was geworden, trouwde Hendrik Jacob van Wijkerslooth. De familie Van Wijkerslooth, later geheten De Wijkerslooth de Weerdesteyn, is tot vandaag de dag de eigenaar van het huis.

Bauentwicklung:

Van de vroege bouwgeschiedenis van Weerdesteyn is niet veel bekend. Het metselwerk en het formaat van de bakstenen duiden op een datering rond 1300. In 1538 is het huis erkend als een ridderhofstad en had het een gracht, ophaalbrug en een poortgebouw. Ook op tekeningen uit de 17de en de 18de eeuw wordt Weerdesteyn weergegeven als een woontoren op een omgracht terrein, met een poortgebouw. Op een tekening uit 1665 is nog een flinke duivenhok te zien. Deze is echter verdwenen in ca. 1730. De kadastrale kaart uit 1820 laat zien dat het kasteel afzonderlijk omgracht is. Op de voorburcht, die ook weer omgracht is, staat een boerderij met bijgebouwen. Het geheel van toren en voorburcht is op zijn beurt ook weer omgracht, waardoor het hele complex omgeven is door twee, en deels zelfs door drie grachten.
In 1870-71 werd de woontoren gerestaureerd. Toen werd een herinneringssteen aangebracht met de tekst: 'bati au 13ème siècle, ruiné au 16ème siècle, restauré au 19ème par le baron Corneille Charles Auguste de Wijkerslooth de Weerdesteyn, seignieur de Schalkwijk cette année 1870.' Alleen hieruit is op te maken dat de woontoren in de 16de eeuw een keer is vernietigd. Vijf jaar later werd het kasteel verbouwd in een neogotische trant. De voet van de toren werd omgeven door een ombouwing.
Hierin bevinden zich een halletje en twee gastvertrekken. Deze ombouw staat niet in verbinding met de eigenlijke toren. In 1875 werd ook een muur aangebracht rond het eiland waar het kasteel op staat, en de boerderij op de voorburcht werd afgebroken en vervolgens werd buiten de omgrachting weer een nieuwe boerderij gebouwd.

Baubeschreibung:

In 1538 had het kasteel een gracht, ophaalbrug en een poortgebouw. Ook op tekeningen uit de 17de en de 18de eeuw werd Weerdesteyn weergegeven als een woontoren op een omgracht terrein, met een poortgebouw.
De middeleeuwse woontoren (hoewel herbouwd) is nog aanwezig en staat nog steeds op een omgracht terrein. Het poortgebouw is ook nog aanwezig. In dit gebouwtje is een duivenslag te vinden. De tuin van het kasteel had in 1665 nog een formele aanleg met vierkante bedden, maar daarvan is niets meer te zien.